“Vrije geesten kun je niet binden.
Ze moeten de vrijheid hebben om te zijn en het ongekende te verkennen.
Het Mysterie van de Mysteries.
Ze moeten steeds dieper in het onbekende duiken,
het onontdekte,
dat is wat hen voorwaarts drijft, steeds dieper het onbekende in.
Het is hier waar ze gedijen, waar de dieptes van hun Zijn, voorbij gaan aan woorden,
voorbij beschrijvingen,
onbegrensd,
en waar je het fantoom van het grenzeloze kent,
dat niet kan worden gedefineerd.
Vrije geesten kunnen niet
in een hokje worden gestopt,
van een etiket worden voorzien,
noch worden ingedeeld.
Ze bestaan en bewegen zich
in hogere rijken,
op de een of andere manier
kunnen ze zich in verschillende dimensies bewegen
en ontvangen ze het zicht van de vogels.
Ze zijn de zieners,
degenen die verder kunnen kijken,
achter de verste vertes,
naar de kern van alle bestaan.
En vaak kunnen ze niet delen wat ze zien met degenen die op de snelweg
van het leven zitten.
Omdat er enkel lege blikken en spot als reactie zijn.
Zij zoeken degenen
met wie ze hun diepste visioenen
kunnen delen, hun zoektocht.
En als ze iemand vinden weten ze ook dat ze veilig zijn.
Maar, die zijn zeer zeldzaam.
Wanneer men een dergelijke ziel vindt, voelt het als een diep thuiskomen
zoals nooit tevoren,
een plek van veiligheid,
als een warm nest.
Toch zal de altijd vrije geest
de wens om het ongekende,
het Mysterie der Mysteries,
te onderzoeken blijven voelen:
want dat is wat hen vleugels geeft.
Zij vliegen door de kosmos en zijn niet aarde gebonden.
Sterrenstelsels, wormgaten
sterren systemen;…..
dromen ademen door hen.
Vrije geesten zijn speciaal.