De energie was enorm helder en verbindend. Ik voelde dat de twaalf galactische stralen zich verenigden en hun kleurengamma in een breed spectrum op de aarde afstuurden.
Toen we ons aan het afstemmen waren kwamen er regenboogengelen achter ons staan. Zij wapperden met hun vleugels en raakten onze innerlijke " kleuren" aan. Zij activeerden in de kern van het hartchakra een klein kristalletje dat meteen begon op te stralen in regenboogtinten.
Heel langzaam ging er een hand van de engel via de schouderbladen naar binnen. De hand smolt samen met het kristal en opende zich. De hand groeide en groeide, het werd een reuzenhand die zich om ons heen sloeg en ons optilde. We werden via de hand in het hart van de regenboogengel geplaatst. Toen stegen we op. Hoger en hoger de kosmos in. In de verte zag ik Shamballa oplichten. De poorten van de stad stonden wijd open. De engelen vlogen naar het binnenplein en zetten ons neer. Ik zag een enorme fontein, met vele bekkens. Boven op de fontein zag ik een engel met een bazuin. Ik zag duizenden engelen boven het plein zweven. Vanuit het gezichtspunt van de engelen zag ik rondom de fontein een bloemenpatroon. The Flower of Life. We werden neergezet op de contouren van het patroon. Ik zag vele duizenden anderen om ons heen. Het zag er blij en feestelijk uit.
De regenboogengelen vlogen weg en legden zich in een cirkel van licht om de stad heen. Wij zagen onszelf staan op het plein, maar tegelijkertijd keken we met de engelen mee naar de stad.
Diep beneden ons voelden we ons stoflichaam, afgestemd in diepe verbinding.
Het werd heel stil.
De engel blies op de bazuin.
De sterrenpoorten openden zich en ik voelde vanuit de regenboogcirkel om de stad heen dat er vele wezens naderden.
Alsof alle sterrenvolkeren naar dit punt gekomen waren en zich wilden verbinden.
Zij legden achter ons hun geschenken neer. Recht vanuit het hart geschonken. Zij deden een stap terug. Zij begonnen te zingen. En plotseling was het alsof alle hemelsluizen tegelijk zich openden. Er stroomde lichtend water naar beneden. In alle kleuren van de regenboog. Het water stroomde van bovenaf in de enorme fontein. Het spetterde en klaterde hemelwater. De fontein begon te werken, de bekkens stroomden over, het water stroomde over in het bloemenpatroon en ieder die daar stond ving het water op met zijn wezen. Het stroomde over in de harten van allen die daar stonden. De harten werden fonteinen, bekkens, het stroomde over in de aderen van hun ziel. In de rivieren van de stad. Ook achter ons voelde ik beweging. De geschenken losten op, wij losten op in een rivier van regenbooglicht. De engelen lieten ons meestromen in dit gebeuren. Een enorme blijdschap raakte ons aan.
Vanuit een verre diepte hoorde ik de zingende stem van moeder Aarde. Zij zong door ons stoflichaam heen naar boven en riep de rivier. Ik zag de oude zielen van de aarde beneden mij hun ceremonies houden rondom een groot bekken in het hart van de aarde zelf. Een binnenzee. Leeg.
Plotsklaps wervelden we naar beneden in een kolkende spiraal van afvoerend water. We gorgelden door ons stoflichaam heen naar beneden. Dieper en dieper. We stroomden over in ondergrondse stromen en kanalen. We stroomden met draaiende, krachtige bewegingen de diepte in en we plonsden in het bekken, in de binnenzee van de aarde zelf.
Het bekken vulde zich met het regenboogwater. En het werd stil. We dreven als kleurige lichtmoleculen in de binnenzee van de aarde. Ik heb geen woorden over om dit te beschrijven. Niets zal recht doen aan wat ik zag en mocht vertellen.
Er opende zich een Poort in het centrum van de zee en ik zag prachtige zielen aan komen. Stamoudsten, oeroudsten. Ik voelde dat zij de twaalf originele stamvolkeren van de aarde vertegenwoordigden, zij kwamen door de poort naar buiten. Stralende lichtzielen met een grote wijsheid.
Dan verbonden zij zich in een cirkel rondom de poort , ook zij zongen en eerden het leven.
Van daaruit keerden zij zich om en splitsten zich in twaalf stromen. Ik zag hen lopen over de bodem van de zee en zij droegen het regenbooglicht in hun stralende hartekern mee.
Zij zongen de poorten van Oermoederaarde open. De lemurische Poorten openden zich, het water begon al weer te stromen. Het stroomde door de poorten heen weg in de tijdskanalen. In het grid van de aarde. In een snelle vloeiende beweging stroomde het water door het regenbooggrid. Ik zag de aarde vanuit de kern opgloeien en deze gloed legde zich om de aarde heen als een beschermende laag. Als de hand van een enorme regenboogengel.
Wij dobberden ondertussen nog steeds in de binnenzee en werden gedoopt door het levende water.
Ik zag om de zee heen prachtige natuur en natuurwezens die ons groetten en eer bewezen.
Er schoten bronpunten open langs de kruispuntlijnen van het grid zelf. En uit alle poorten schoten kleine gevleugelde wezens weg. Regenboogelfen, zij dansten en dartelden in het licht. Boven de zee zag ik duizenden dubbele soms drievoudige regenbogen. Zij pulseerden, glinsterden en zongen hun lied van verbinding.
En in dit alles dreven wij. In de oersoep van regenbooglicht van Moeder Aarde zelf.
Voorzichtig stegen we op naar ons stoflichaam en verbonden ons in ons eigen bronpunt.
Ook daalde het hoger zelf weer af uit Shamballa en bracht zijn regenboogversie mee.
Deze twee zielen klikten in elkaar als twee stralende regenboog/maan/zonnen. Zij smolten ons samen in eenheid en vrede.
Het regenbooglicht is thuis gekomen.
Zo ontroerend mooi.
Ik groet jullie vanuit de Bron die Eenheid heet.
Er zullen nog wat punten die tijdens deze sessie aan bod kwamen uitgelicht worden in volgende artikelen.
Het is te bijzonder om niet te vermelden.